Alles Over Geschiedenis Geplaveide steegje - Alles Over Geschiedenis Banier

De Indusvallei


De Indusvallei – Waar ligt de Indusvallei?
Waar ligt de Indusvallei? Ongeveer 5000 jaar geleden trok een nomadisch volk vanuit Sumerië (het hedendaagse Iran) de Himalaja over en betrad het noordwestelijke deel van India. Mensen van dit volk vestigden zich nabij het hedendaagse Karachi, een rijk land dat werd bevrucht door het rivierensysteem dat bestond uit de Indus, de Ravi, de Beas, de Chenab en de Sutlej. Hier vonden zij voldoende water, voedsel en brandstof, evenals klei men hout voor de vervaardiging van bakstenen.

Deze beschaving bloeide van 2500 tot 1500 voor Christus en verspreidde zich over een lengte van meer dan 1500 kilometer van de sneeuwtoppen van de bergen van Kasjmir tot aan de zandduinen die over de Arabische Zee uitkijken. De beschaving had zijn eigen regering, cultuur, godsdienst, geschiedenis, kunst, architectuur, wetten en regels. De vallei wordt niet genoemd in de Bijbel, noch in de "Vedas", een van de oudste Zuid-Aziatische teksten (ca. 1700-1100 voor Christus). Het volk bouwde geen torenhoge monumenten, begroef geen rijkdommen met hun doden en vocht geen legendarische of bloedige oorlogen. Zij hadden geen groot leger en geen goddelijke keizer. Maar zij bouwden wel enkele van de eerste geplande steden ter wereld en schiepen een van de eerste geschreven talen.


De Indusvallei – Vroege steden en artefacten
Een van de steden in de Indusvallei is Harappa. Mohenjodaro, een andere stad in de vallei, bevindt zich ongeveer 550 kilometer van Harappa. Opgravingen hebben grote muren en massieve stenen gebouwen blootgelegd, met hoog ingewikkelde sanitaire voorzieningen en drainagesystemen. De cultuur zelf was bijzonder kleurloos en onaantrekkelijk, omdat de beschaving zich niet richtte op goud of indrukwekkende monumenten. Men denkt dat Harappa oorspronkelijk rond 3300 voor Christus een boerendorp was. Mohenjodaro is de zusterstad van Harappa. De twee steden vormden samen het centrum van de beschaving. Omdat de principes voor de stedenbouwkundige planning zonder verandering in alle andere plaatsen werd overgenomen, vormden deze twee steden de basis voor de steden die later werden gebouwd. Beide steden waren anderhalve kilometer breed en anderhalve kilometer lang en hadden geen verdedigingswerken. Het stratenplan, dat beide steden in twaalf blokken verdeelt, openbaart een groot begrip van verkeersproblematiek; de straten hadden afgeronde hoeken zodat wagens gemakkelijk om de hoek konden gaan. Met uitzondering van de blokken in het westen van het centrum bestond de basiseenheid van de stadsplanning uit individuele woningen.

In Mohenjodaro werden in de verschillende straten en huizen negenendertig skeletten gevonden. Men vermoedt dat Ariërs de stad waren binnengevallen en een groot aantal van de inwoners hadden vermoord. Ook werd in deze stad een stuk speelgoed opgegraven dat mogelijk als een fluit werd gebruikt. Het voorwerp heeft de vorm van een vogel en was uit terracotta vervaardigd. Wanneer in het gat werd geblazen produceerde het voorwerp een fluitend geluid. Er werden ook kubusvormige dobbelstenen en een ratelaar voor een baby opgegraven. Het ratelende geluid werd geproduceerd door kleine stukken klei die in de ratelaar waren gestopt. Nu en dan verstopten de inwoners waardevolle sieraden in potten, die onder de vloer van het huis werden begraven. Zilveren potten en gouden en zilveren sieraden zijn opgegraven. Deze duiden op de aanwezigheid van rijke kooplieden of landeigenaren. Opgravingen hebben eveneens stenen beeldjes van zittende mannen opgeleverd die een voorstelling zouden kunnen zijn van enkele voorouderlijke leiders. Er is ook bewijsmateriaal gevonden dat aangeeft dat priesters of koningen over de steden heersten. Opgegraven beelden laten een haarband om het hoofd zien, evenals een armband en een mantel versierd met klaverpatronen, die oorspronkelijk met rood pigment waren gevuld.


De Indusvallei – De heersers
De heersers in de steden van de Indusvallei regeerden door de handel en de godsdienst te beheersen, niet met militaire kracht. Er zijn geen aanwijzingen gevonden voor oorlogsvoering of het gebruik van wapens. De heersers hadden zegels met dierensymbolen en tekst en droegen decoraties die van zeldzame materialen waren vervaardigd. Elk dierensymbool was een voorstelling van een bepaalde machtsvorm: de stier symboliseerde de leider van de kudde, mannelijk en sterk; de olifanten was verbonden aan de handelswaren die werden geruild; de buffel was een voorstelling van een defensieve, beschermende houding; de tijger werd door ondergeschikte bestuurders gebruikt; de eenhoorn was kennelijk een belangrijk symbool van de elite en werd gebruikt in het bestuur van de verschillende nederzettingen, waarvan de economische en politieke macht zich in de grote steden bevond.


De Indusvallei – Godsdienst
De cultuur van de Indusvallei had vermoedelijk een primitief godsdienstig systeem. Men suggereert dat dit volk naast een moedergodin, een symbool voor de vruchtbaarheid, ook in zekere mate dieren aanbad. Een dergelijke voorstelling is aangetroffen op een zegel, waarop een figuur in een zittende yoga-achtige positie is afgebeeld. Men denkt dat dit een vroege voorstelling van een Hindoegod is. Het is moeilijk om namen te vinden voor de goden van de oude Indusvallei. De goden lijken met de beschaving te zijn verdwenen. Wat een contrast met het Christendom!


Leer meer over de geschiedenis van het Christendom



Hoe kan ik God kennen?




Waarom zou God je in de hemel moeten toelaten?


Copyright © 2002-2021 AllAboutHistory.org, Alle rechten voorbehouden